Postactieven PXL

Hoe werkt woede?

De Standaard Letteren 20 maart 2021

Jeroen Olyslaegers
schrijver van toneelstukken en romans

Jeroen Olyslaegers

Ik vraag aan een maat wat hij doet terwijl hij aan het mediteren is. Hij antwoordt me dat hij zichzelf en de wereld als schouwspel aanvaardt, dat hij tijdens het mediteren de ene na de andere gedachte ziet paraderen en daarbij op afstand toekijkt naar wat zijn geest vermag tijdens het nietsdoen, het zitten en staren in stilte. Daar moet ik aan denken terwijl ik wat over de zogenaamde ‘woestijnvaders’ opzoek. Dat waren de eerste heremieten uit de kerkelijke geschiedenis, die zich in de woestijn van Egypte terugtrokken om tot spirituele inzichten te komen. Hun kennis was puur op praktijk gericht. Arbeid en gebed vormden hun leven. Een van hen, Evagrius van Pontus, ging in de vierde eeuw heel concreet in op de ‘gedachten’ die hem kwamen teisteren tijdens zijn isolement. Op basis van zijn catalogisering kwam men in de Kerk uit op de acht hoofdzonden die elk hun symbolen hadden en hun duivel. Ira, de woede, gramschap, wraak, wrok of toorn had de beer en de leeuw als dierlijke symbolen en Satan was de duivel die ermee werd geassocieerd.

Ik vraag aan een maat wat hij doet terwijl hij aan het mediteren is.

Pieter Bruegel de Oude, graveur Pieter van der Heyden en zijn drukker Hieronymus Cock maken van de afbeeldingen van de acht kardinale zonden en deugden een massaproduct. Met de ondeugden vol boschiaanse taferelen en de deugden vol heilige maagden die omgeven worden door een panorama van symbolen boren ze een Europese markt aan. Het valt niet te achterhalen of de deugden beter verkochten dan de zonden, maar ik neem aan dat de herkenbaarheid groter was bij de zonde dan bij de deugd en daarom misschien commercieel interessanter. De zondaars zijn immers altijd in de meerderheid, en de heiligen daarom nog nauwelijks menselijk.

De woede - Breugel

Op de Ira-prent van Bruegel zien we dat woede in staat is tot vereniging. Er bestaat een vorm van woede die zelfs uit is op verbinding, die actief metgezellen zoekt die de wapens ter hand nemen en in dit geval een voorloper van de Dulle Griet volgen met de luide kreten van het groot gelijk. Genoeg is genoeg! Wij zijn kwaad en wij hebben wapens! Net voor de voeten van de gewapende vrouw op de prent bijt een beer in het been van een lijk dat op de grond ligt, een volstrekt zinloze daad die woede kan kenmerken. De stoet van verontwaardiging gaat in feite nergens naartoe. Ze komt uit een of andere legertent, maar weet niet waarheen. Gedeelde woede is vaak een spektakel zonder einddoel. Dat vergeten we wel eens. Kwade optochten waar ik zelf aan heb deelgenomen blijken een feest der herkenning. Zijt gij ook zo kwaad? Ik verdomme ook! Er schuilt een grote troost in de woede die ge zelf voelt gespiegeld te zien bij een ander.


Zijt gij ook zo kwaad? Ik verdomme ook! Er schuilt een grote troost in de woede die ge zelf voelt gespiegeld te zien bij een ander


Dat kan allemaal veel efficiënter. Peter Sloterdijk schrijft in zijn filosofisch essay ‘Woede en tijd’ over hoe ‘woedebanken’ werken in het menselijk bewustzijn. Hij maakt het ontstellend simpel. Een volksmenner – en dat kan een politieke figuur zijn of een religieuze leider – verenigt het woedende volk rond zich en stelt voor om die woede bij hem onder te brengen. In ruil daarvoor worden er ‘wraakaandelen’ uitgedeeld. De woede wordt gecentreerd rond een persoon of een partij, wat dus betekent dat er stemmen worden verzameld met de belofte dat de gedeelde woede ‘ooit’ (met genoeg stemmen) zal uitmonden in een moment van gerechtigheid, waarbij de boel zal worden overgenomen en de juisten aan de macht komen. Ik denk dat men hiermee kan verklaren waarom Bart De Wever, toen hij zoveel jaar geleden voor het eerst burgemeester werd in Antwerpen, met woede op het overwinningsfeest riep dat het ‘nu aan ons is’. Die ontlading was een logisch gevolg van wat hij zijn stemmers had voorgehouden. Die bijna euforische woede heb ik daarna nooit meer bij hem teruggezien.

Hoe werkt woede?

Weet u hoe Merlijn op deze wereld kwam? Uit woede. Alle duivels in de hel waren razend omdat God een meesterzet had gedaan door Jezus uit een sterfelijke vrouw te laten worden geboren, door met andere woorden zijn Zoon op die manier te materialiseren. Satan, hij die zich ontfermt over de woede, wil diezelfde truc toepassen. Hij zoekt een welgesteld, tevreden man uit en doodt lukraak wat van zijn beesten die in een wei staan te grazen. De man begrijpt niet wat hem is overkomen, stelt wat vragen aan zijn personeel en krijgt antwoorden die niets verklaren. Vervolgens wordt hij woedend. Dat is genoeg voor Satan om verder te gaan. Nu doodt de Gehoornde de lievelingspaarden van de man. In een van de graalboeken, toegeschreven aan Robert de Boron, staat er vervolgens dit te lezen: ‘(...) dans sa colčre il chercha la solitude, fuyant la compagnie des gens, dont il ne se souciait gučre.(In zijn woede zocht hij de eenzaamheid op, op de vlucht voor het gezelschap van de mensen aan wie hij zich niet liet gelegen liggen) Vervolgens vermoordt Satan zijn zoon, brengt hij zijn vrouw tot zelfmoord, en wordt de man ziek door zijn woede waarna hij sterft. Dan blijven er nog drie dochters over… Twee worden tot vleselijke zonde gebracht en de derde, godvruchtige, dochter wordt door een van hen zo geschandaliseerd dat ze zich woedend terugtrekt zonder een kruis te slaan, zonder toeschouwer te zijn van haar eigen woede. Die nacht wordt ze door een demon bevrucht en negen maanden later wordt Merlijn geboren. Het is een waanzinnig verhaal dat iets bijzonders blootlegt over hoe woede tot zelfverkozen isolement kan leiden en net daardoor de woedende mens kwetsbaar maakt voor nog groter onheil.

Merlijn

De maat van mij die mediteert doet dit uit woede over de wereld. Dat ben ik lompweg vergeten te vertellen. Misschien dat er een paar mindfulness-mensen me nu vriendelijk willen zeggen dat dit in feite niet echt kan, dat woede en meditatie niet samengaan. Maar net zo goed kan het dat dit niet uitmaakt. Gij zijt wie ge zijt: een schouwspel dat ge zelf kunt aanschouwen. Merlijn is nooit een kind van de duivel gebleken. Uit woede is hij ontstaan, maar wat zijn fictieve leven juist kenmerkt, is dat hij de samenhang ziet en net zo goed alleen blijkt te zijn.