Postactieven PXL

De natuur geeft geen antwoord

De Standaard der Letteren, 26 september 2020

Velen zien in de natuur een morele raadgever die ons kan vertellen wat goed en slecht is. Historica Lorraine Daston, die voor dit boek volgende week de Heineken Prize for History krijgt, laat zien dat dit niet zo verstandig is.

Boekbespreking: Geerdt Magiels

Toen de covid-19-pandemie om zich heen begon te grijpen, hoorde je her en der dat het de natuur was die weerwraak nam op onze levensstijl. Het is een mooi voorbeeld van hoe de mens geneigd is om morele waarden te zoeken en vinden in de werking van de natuur. Allerhande vormen van gedrag worden goed- of afgekeurd op grond van het argument dat het tegen de natuur indruist (of juist niet).

Tegen de natuur in is ook de titel van een kort, diepgravend, dens en mooi traktaat waarin Lorraine Daston analyseert hoe en vooral waarom mensen er steeds weer de natuur bijhalen om hun gedrag moreel te verantwoorden of dat van anderen af te keuren. Daston is een éminence grise in de wetenschapsgeschiedenis en -filosofie: ze was bijna een kwarteeuw directeur van het Max Planck Institut für Wissenschaftsgeschichte in Berlijn en schreef een indrukwekkend oeuvre bij elkaar waarin ze nauwgezet reconstrueerde hoe begrippen als rationaliteit, objectiviteit en wetenschappelijke kennis hun eigen geschiedenis hebben en van betekenis kunnen veranderen door de tijd. Dit jaar ging ze met emeritaat en schreef ze, als parel aan de kroon, een gebald en boeiend essay, haar eerste werk dat in het Nederlands uitkomt.

Natuur en moraal

De vraag die Daston in haar onderzoek naar de geschiedenis van concepten en ideeën steeds meer begon te intrigeren is waarom de natuur als bron van moreel gezag een zo wijd verbreid en steeds terugkerend fenomeen is. Waarom kan de mens het niet laten de verantwoording voor ons gedrag te zoeken in de natuur? Terwijl de grootste filosofen, zoals Kant, Mill en Hume, toch al met onontkoombare helderheid duidelijk hebben gemaakt dat de natuur geen waarden kent, en dus ook niet als bron van ethiek gebruikt kan worden.

‘De natuur is niet goed of slecht, ze levert zowel de betere pijnstillers als de sterkste gifstoffen'

Tijdens een gesprek in Amsterdam, enkele dagen voor Europa grotendeels op slot ging, vatte Daston het samen: ‘ De autoriteit van de natuur wordt ondanks het negatieve advies van enkele van onze grootste denkers ingeroepen om de slavernij te rechtvaardigen, net zo goed als om haar te veroordelen; om beroep te doen op instinct of evolutie; om flesvoeding voor baby’s af te wijzen; om het eten van vlees te verdedigen; om het verschil tussen mannen en vrouwen te onderstrepen of te minimaliseren; om strikte monogame heteroseksualiteit of juist homoseksualiteit of polygamie te verdedigen; om ongelijkheid of onderdrukking goed te praten of aan te vallen.

Die onuitroeibare gewoonte is volgens Daston een gevolg van onze hang naar orde en voorspelbaarheid. In pure chaos zonder enige regelmaat valt niet te leven, dus klampen we ons vast aan orde wanneer we die tegenkomen. ‘ Afwijkingen van die orde kunnen sterke emoties oproepen’, zegt ze. ‘ Kijk maar hoe we reageren op mutaties, monsters of catastrofes: de albino, de kat met de twee koppen, de klimaatverandering.’ Sommigen zien die anomalieën als een straf van de natuur, vandaar de afschuw die genetische modificatie of kernenergie kan oproepen. ‘Het manipuleren van genen of atomen roept sterke negatieve emoties op die verborgen blijven achter een logisch lijkende redenering onderbouwd door een selectieve keuze uit het rijke palet van de natuur’, stelt Daston. ‘De veelheid van vormen van orde in de natuur is een onuitputtelijke bron van inspiratie om ons eigen gedrag aan te spiegelen. Je kan altijd wel iets vinden bij dieren, planten, kristallen of planeten waarmee elke vorm van menselijk gedrag valt goed te praten of af te keuren.’

Moraal als groepswerk

De conclusie is duidelijk maar niet gemakkelijk. Onze morele waarden zijn niet af te lezen uit de natuur. Ze zijn een onderdeel van de menselijke cultuur en evolueren mee met veranderende verhoudingen en inzichten. Wat we juist, belangrijk of ethisch vinden is het resultaat van reflectie en toetsing. Dat is groepswerk, wat in tijden van globale superdiversiteit en ideologische tegenstellingen niet gemakkelijker wordt. Maar Daston is optimistisch: ‘ Wij zijn extreem flexibel en inventief. We zijn in staat om teksten te lezen of wiskundige berekeningen uit te voeren en net zo goed om morele afwegingen te maken. Ethisch redeneren kunnen we leren en daarbij moeten we afleren ons te verlaten op het foute idee dat de natuur antwoorden heeft op onze morele vragen. De natuur is niet goed of slecht, ze levert zowel de betere pijnstillers als de sterkste gifstoffen.

Tegen de natuur

LORRAINE DASTON
Tegen de natuur in

Vertaald door Willem Visser, Octavo Publishing, 96 blz., 17,50 euro
Oorspr. titel: Gegen die Natur